Omdat we pas laat in het hotel zijn, we dus ook laat gaan eten, we dus ook weer laat terug zijn in het hotel en we de foto’s en het blog nog moeten doen, gaan we pas rond 1 uur slapen.
Rond half 8 word ik wakker en lees mijn mail en de reacties op mijn telefoon. Dan blijkt ook Monique al klaar wakker te zijn. We doen ons ding en skypen voor het eerst deze vakantie met het thuisfront. Het duurt even voor alles is opgestart, maar dan kunnen we bijkletsen.
Daarna pakken we snel de spullen en lopen naar buiten. Daar knallen we tegen een muur van vochtigheid op. Het is zo’n 25 graden met een vochtigheid van 90%! We stappen snel in, gooien de airco omhoog en stellen Jack in op Starbucks en Wormsloe Plantation. Deze plantage werd bewoond door Nobel Jones.
Terwijl Monique de koffie gaat halen, zit ik een beetje duimen te draaien en een beetje te spelen met mijn tablet. Ik kijk op en zie dat Monique er al weer aan komt lopen. Ik sluit mijn tablet af, kijk weer naar buiten en krijg zowat een hartverzakking! Alsof ze zo uit een boek van Stephen King is gelopen, staat Monique naast mijn raam te wachten. Heel creepy…
Rond kwart over 10 rijden we de oprijlaan van de plantage op en de ooh’s en de aah’s zijn niet van lucht. De oprijlaan is omzoomd, met wat we later horen, live oak die “behangen” zijn met Spaanse mos. De takken en bladeren vormen een dak boven de gravelweg en doordat ik zie dat het hele oude bomen zijn, zie ik precies voor me hoe het in de 18e eeuw moet zijn geweest.
We lopen even bij het kantoor binnen en betalen de fee. Dan stappen we weer in de auto om de oprijlaan of Avenue, zoals het hier genoemd wordt, af te rijden naar het museum. Hier horen we dat om 11 uur een tour start met een ranger. Een tour vinden wij wel interessant en we besluiten daarop te wachten.
Samen met 5 anderen beginnen we aan de tour. We horen dat er 400 bomen langs de oprijlaan staan en dat de lage takken worden weggehaald. Als ze dat niet doen dan gaan de bomen onder de grond groeien en komen ze elders weer boven de grond. De Spaanse mos die aan de bomen lijkt te groeien, zit niet vast. Het gebruikt de boom slechts als steun en voedt zich via lucht en water.
We lopen verder en komen bij de ruïne van wat ooit de woning was. Kleiner dan onze woonkamer, maar voor die tijd heel groot. Het huis is gebouwd met een mengsel van onder andere oesterschelpen en zand en werd omringd door hoge muren om indringers weg te houden.
Dan lopen we door naar wat ooit het familiegraf was. Op dit moment ligt alleen de kleinzoon, De Renne, daar nog. Zijn kleinzoon, zo vertelt de ranger, was een afstammeling van Nederlanders, maar vond de naam De Renne niet chique genoeg. Dus noemde hij zichzelf Duran, omdat hij het Frans een stuk chiquer vond klinken. “It still does”, roept Monique vervolgens, waarop iedereen in een deuk ligt.
We bezoeken nog een paar andere plekken op de plantage, waaronder het Observation deck waar de ranger ons een ieniemienie krab laat zien, maar het is snik en snikheet! De vochtigheid nekt mijn concentratie, het water druipt van me af en ik verlang naar de airco. Toch loop ik verder met de groep en we zien nog een werkplaats en huisje van de ijzersmid. Daarna zien we nog wat nagemaakte hutten zoals die gebruikt werden door jagers. Dan lopen we langzaam terug en op de vraag of hier gevaarlijk ongedierte voorkomt, laat de ranger een foto zien waarop hij een gigantische spin op zijn hand heeft. Hij vertelt dat ie niet giftig is, maar als hij bijt, dan doet dat niet alleen zeer als de hel, maar je hand zwelt op tot de grote van een tennisbal. Ik griezel alleen al bij het zien van de foto en besluit om vooral uit de buurt van spinnen te blijven.
Na anderhalf uur zijn we weer terug bij het museum. We springen we in de auto en ik zet de airco voluit. We gaan eerst terug naar het hotel om een broodje te eten en te bedenken wat we hier verder gaan doen.
We besluiten om naar Historic Savannah te gaan. Ik heb daar niet veel info over gevonden, behalve dat er veel restaurants en winkeltjes zijn. In de hoop dat we daar ook wat mooie gebouwen kunnen spotten, springen we weer in de auto.
We stellen Jack in en gaan op weg naar het visitor center vlakbij Riverstreet. Als we daar in de buurt komen, is er nergens mogelijkheid om even te parkeren. Er is wel een parkeergarage, maar we zien alleen een uitgang. Eindelijk, na tig keer hetzelfde rondje, vinden we de ingang.
Een plekje is redelijk snel gevonden en de uitgang ook, dus voor we het weten, staan we op straat. We halen een kaart en lopen richting Riverstreet. Wat ons meteen opvalt, is het hoge toeristische gehalte. Veel winkeltjes waar prullaria verkocht worden en veel restaurants. Wat wel geweldig is, is dat al deze winkeltjes en restaurants in de voormalige pakhuizen zitten. Vooral leuk voor Monique, want die pakhuizen zijn enorm fotogeniek.
We halen een ijsje, zien de radarboten liggen, wat eigenlijk gewoon rondvaartboten zijn en zien een gigantisch containerschip aan komen varen.
Na een tijdje hebben we het hier wel gezien en we gaan op weg naar de laatste stop voor vandaag, Bonaventura Cemetery. Dit is een van de oudste, zo niet de oudste, begraafplaats van Savannah.
We stellen Jack weer in en rijden in een kleine 20 minuten naar de begraafplaats. Hier parkeren we de auto en gaan lopend op weg, maar het is zo heet, dat de lol er al snel af is. We kijken elkaar aan en besluiten om lekker lui te gaan doen. We lopen terug naar de auto en we rijden met auto de begraafplaats op. Dat kan hier gewoon. We rijden via de paden en proberen de oude verweerde beelden te vinden, die vroeger vaak gebruikt werden op graven en tombes. Monique maakt wat foto’s, maar de tijd begint te dringen, want om 5 uur gaan de hekken dicht.
Iets voor sluitingstijd verlaten we de begraafplaats weer en rijden terug naar het hotel.
We willen nog even snel een was draaien, zodat we daar de komende dagen geen omkijken naar hebben. We gooien de wasmachine vol en gaan met de voetjes in het zwembad bungelen, maar voordat we het weten, barst een onweer los en begint het te stortregenen! Dan gaan we maar in de lobby internetten. Ik gooi het verslag van gisteren op het blog en begin alvast met vandaag.
Als de was klaar is, brengen we die naar de kamer en gaan dan meteen naar de Applebees om een hapje te eten.
Terug in het hotel ga ik verder met het verslag en Monique met de foto’s. Als ik klaar ben, ga ik op zoek naar een hotel voor morgenavond, want die hebben we nog niet geboekt. Ik kijk bij Hotwire, maar vind daar alleen te dure hotels voor het gebied waar we willen zitten. Dan kijk ik nog bij Booking en Expedia, maar vind die ook te duur. Ik wijk uit naar Priceline, maar heb geen zin om te bieden, dus kijk ik bij de Express deals. Daar vind ik 2 hotels voor een leuke prijs zonder te weten wat de naam is. Ik probeer via mijn tablet een boeking te doen, maar het lijkt wel alsof mijn gegevens niet meer bekend zijn bij Priceline. Hmm… vreemd. Gelukkig hebben ze op iedere verdieping in het hotel een pc staan, dus ik pak mijn creditcard en loop naar de pc op onze verdieping. Helaas, deze pc heeft geen internet. Dan maar naar de verdieping onder ons. Daar staat ee pc uit het jaar nul die wel een verbinding met internet heeft. Ik start ‘m op en zie dat de virusscanner sterk verouderd is. Die update ik als eerste. Het duurt een eeuwigheid, dus ik loop nog even naar de lobby om te kijken of die pc vrij is. Maar ook hier helaas, er zit een man achter die blijkbaar een berg huiswerk heeft, want hij is omringd met boeken en papieren.
Ik ga terug naar de tweede verdieping en kan eindelijk aan de slag. Ik log opnieuw in bij Priceline, maar als ik weer een boeking wil doen, vraagt hij opnieuw om adresgegevens. Dat is geen probleem. Wat wel een probleem is, is dat ik bij land alleen de keuze heb tussen de States of Canada. Uiteindelijk probeer ik mijn eigen straatnaam, woonplaats Vancouver (leuke stad), land Canada en uiteindelijk een Canadese postcode. Vreemd genoeg pakt het systeem deze gegevens.
Voor de zekerheid check ik eerst nog mijn mail om zeker te zijn dat ik de bevestiging binnen heb en dan kan ik eindelijk relaxen. We hebben weer een slaapplaats morgen!
leuk hoor al jullie verhalen, hier was het de laatste dagen ook erg warm.
jullie zijn echte bikkels…………..meiden
Een man achter de balie met boeken en papieren en huiswerk ?
Volgt zeker een training bij NCOI.