Oeps! Om tien voor 9 schrik ik wakker en zit meteen recht op. Ik hoor dat Monique nog ligt te snurken en ga alvast mijn ding doen. Monique komt inderdaad niet veel later in het land der levenden.
Niet veel later zijn we klaar om te vertrekken. We willen natuurlijk zo snel mogelijk het park in, maar eerst moeten we ontbijten en dat doen we in een tentje aan de overkant. De dame die ons naar het tafeltje brengt is wat kortaf en er kan geen lachje vanaf. Ze kwakt de menu’s op tafel en loopt weg, terwijl wij elkaar grinnikend aan kijken.
Na het ontbijt gaan we Slurp maar weer volgooien, terwijl Monique naar de supermarkt loopt om te kijken voor Deet. Een van de dingen die we niet gewend zijn, zijn de muggen in september. In het Westen hebben we daar nooit last van. Hier dus wel en het gevolg is dat we onder de beten zitten. Die beten zijn nog niet het ergste, de jeuk wel, maar gelukkig komt Monique met een anti-muggen iets en anti-bite, wat eigenlijk gewoon ammoniak is, maar het helpt wel.
Dan kunnen we eindelijk op weg naar het park. We willen nog een keer Cades Cove loop rijden, maar spotten eerst een ranger bij wie we gaan vragen waar we de fee kunnen betalen. Tot onze verbazing horen we dat dit park gratis is. Wel vragen ze om donaties en we doneren dan ook een aantal keren op de daarvoor bestemde plaatsen.
We rijden nog een keer de loop, maar zien niets bijzonders. Wel maakt Monique nog een foto van het wespennest, waarop ze later ziet dat ze net een wesp op de foto heeft gezet.
Monique heeft de kaart van het park in haar handen en zegt dat we een afslag hebben gemist die naar de rest van het park gaat. Het gevolg is dat we de loop nog een keer moeten rijden, maar ook nu zien we niet waar we heen zouden moeten. De loop is eenrichtingverkeer en is zo’n 9 mijl lang, dus tja, we zijn wat tijd kwijt geraakt. Gelukkig heeft ieder nadeel zijn voordeel zoals later zal blijken.
We rijden Cades Cove uit, want dat leidt ons alleen maar in een rondje en dan ineens ziet Monique het licht. Ze loodst mij in de juiste richting en eindelijk zijn we op weg. We willen graag een wandeling doen die niet te lang is. We zitten hier hoog, hebben geen mogelijkheid gehad om te acclimatiseren, dus we gaan geen zware hikes doen. Ik heb er eentje opgeschreven van 2.6 mijl (ruim 4 km) rond en dat is precies goed voor vandaag. De wandeling gaat naar Laurel Falls en is de meest populaire in het park.
Na een aardig ritje komen we aan bij de parkeerplaats die helemaal vol staat. We parkeren zo’n 800 meter verderop, ik verwissel mijn slippers voor mijn schoenen, we eten wat, pakken water en gaan op weg.
De wandeling gaat over een geplaveid pas wat gestaag omhoog loopt. En dat voelen we! Vooral in de kuiten, maar ik weet dat dat wel wegtrekt. Ik loop, zoals altijd, iets harder dan Monique en voorbij iedere bocht wacht ik in ieder geval tot zij weer in zicht is. Als we bijna bij het einde van het pad zijn, stop ik vlakbij een groepje mensen die gericht naar boven staan te kijken. Een van de dames zegt tegen mij dat er een beer met een kleintje zit en ik loop snel naar haar toe.
Ik zie Monique aankomen en Monique vraagt op afstand al of er een beer zit. Ja dus! Voor ons heel goed te zien, maar of het ook goed te zien is op de foto?! Geen idee, maar eerlijk gezegd kan me dan niet schelen. Het is zo spannend om op zo’n plek te wandelen en dan daadwerkelijk een beer te zien. Het kleintje dat erbij is, kijkt ons zo nu en dan nieuwsgierig aan, terwijl beide beren lekker verder eten.
Voordat iedereen echt goede foto’s kan maken, gaan de beren er vandoor. Echt, dit is zo’n superervaring! Je weet dat het kan gebeuren en eigenlijk wil je er niet aan denken, omdat het ook levensgevaarlijk kan zijn, maar het is echt geweldig als je ze zo tegenkomt en alles gaat goed, natuurlijk.
Op een wolk lopen we verder en we komen een stel tegen waarvan de dame in onvervalst plat Amerikaans vraagt of er echt een beer zat. Ehm… ja, dus! Ze zegt heel bang te zijn, maar dat ze wel snel het fototoestel aan haar man gegeven heeft, zodat hij een foto kan maken.
Dan komen we bij de Laurel Falls uit. Leuk om te zien, maar niet echt indrukwekkend. We hebben mooiere gezien. Maar de wandeling er naar toe was het zeer zeker waard en het zien van de beren maakt natuurlijk alles goed.
Na een tijdje gaan we weer op weg naar de auto. Regelmatig blijf ik om me heen kijken of ik de beren nog zie, maar helaas. Wel blijven Monique en ik veel meer bij elkaar dan we anders doen.
We komen nog een stel tegen die aan ons vragen of we een beer hebben gezien. Zij hadden dat weer gehoord van anderen en ze zijn duidelijk jaloers als ze horen dat wij ze gezien hebben. Ze vragen nog wel waar we vandaan komen en het is “Cool” en “Awesome” als ze horen dat we uit Nederland komen.
Bij de auto drinken we nog wat en rijden dan weer verder. We willen nog naar Clingman’s Dome. Als we goed en wel op weg zijn, loopt er ineens een beer voor ons de weg op. Voordat we het echt registreren is hij alweer in het bos verdwenen. Het is zo gek. In eerste instantie reageer je alsof het de normaalste zaak van de wereld is dat die beer voor je auto loopt. In tweede instantie begin je te denken “beer” en “foto”. Te laat dus voor deze. Maar het is wel weer fantastisch om ‘m te zien lopen!
Na een drie kwartier rijden, komen we bij Clingman’s Dome. Hier is een uitzichttoren waar je naar toe kan, maar we besluiten dat het niet de moeite waard is. We zien namelijk waarom de Smoky Mountains Smoky genoemd worden… Het is hier ongelooflijk mistig en op sommige momenten is er niets meer te zien.
Als we wat hebben rondgewandeld, besluiten we om terug te rijden naar Cades Cove. Het is inmiddels rond 5 uur, dus een mooie tijd om misschien nog wat wildlife te spotten daar.
Het is stukken minder druk dan gisteravond en we kunnen nu redelijk doorrijden. We zien nog wat herten, van veraf en dichtbij en we verbazen ons dat er toch weer mensen zijn die naar die dieren toe lopen.
We rijden door als we plotseling stil staan. Er rijdt niets meer en dat is meestal een teken dat er iets meer te zien is dan een hert. Jammer genoeg wil Monique niet gaan kijken, dus zit er niets anders op dan te wachten tot we kunnen gaan rijden.
Eindelijk gaan we weer vooruit en dan zien we een top van een boom vreselijk heen en weer gaan! Dat kan niet anders dan een beer zijn. Ik kan hier niet langs de weg stoppen, maar Monique besluit toch uit te stappen, terwijl ik een stukje verder de auto neer zet. Ik kan het niet laten en loop terug naar Monique. We staan te kijken en zien wat beweging in de boom. Het lijkt er op dat het een moederbeer is met 3 cubs. En ze zijn snel! Razendsnel klimmen ze naar boven.
Dan zien we 2 mannen richting de boom lopen en wij, en alle anderen, verbijsteren ons dat ze er naar toe lopen. Naast mij zegt een dame dat het toch een aardige show zou zijn als die beer dat als een echte bedreiging ziet.
De boom gaat nog steeds gigantisch heen en weer en zo te zien hebben ze het prima naar hun zin en zijn ze niet van plan om snel hun plek te verlaten. Ook niet als anderen besluiten om het van dichtbij te gaan bekijken. Wij begrijpen niet zo goed waarom, omdat het inmiddels al te donker is om nog foto’s te kunnen maken. Althans, zo wordt mij verteld door onze paparazzi!
Wij besluiten verder te rijden en dan snel een restaurant te gaan zoeken. Het is gelukkig niet zo laat als gisteren, maar toch. Het eten smaakt goed en voor we het weten zijn we terug bij het hotel. Daar relaxen we nog wat en besluiten om het blog en de foto’s te laten voor wat het is. Dat komt morgen allemaal wel.
hoi meiden mooi dat jullie beren op de weg gezien hebben……………en in het park
wij gaan zaterdag naar het berenbos.