Om kwart over 5 gaat de wekker af. Ik ben al een tijdje wakker, maar het duurt nog wel even voordat ik ook de moed heb om op te staan. Terwijl Monique nog een paar minuten blijft liggen, ga ik mijn ding doen. Daarna kan Monique aan de slag.
Ruim op tijd gaan we op weg naar Chiricahua National Monument. Het monument dat we eigenlijk op het laatste moment hadden geschrapt uit de route.
Al 3 keer eerder zijn we hier geweest. Ik wil al heel lang de trail lopen van Masai Point, het hoogste punt in het park, naar het visitor center, bijna het laagste punt in het park. Maar we hadden slecht weer of er was overstromingsgevaar door zware regen in de omgeving.
Dit jaar hebben we het park dus opnieuw ingepland, maar een week of 2 voor vertrek kwam Monique er achter dat de hikersbus niet reed vanweg covid. Die hikersbus hebben we nodig om bij Masai Point te komen. Er naar toe lopen, is namelijk geen optie.
Navraag bij het park leerde dat het niet bekend was wanneer de bus weer ging rijden. Misschien in de herfst, zo werd ons verteld. Dus, met een beetje pijn in het hart, besloten we om dit park te schrappen. Dan gaan we in Tucson maar wat doen. Daar zijn ook genoeg mogelijkheden.
Een paar weken geleden, las ik op Insta het bericht dat de bus weer ging rijden! Jeej! Maar wat te doen? We zijn afhankelijk van de weersomstandigheden, dus gaan we het er echt op wagen, annuleren we ons hotel in Tucson en boeken een ander in Willcox of wachten we af? We besloten dat laatste.
De reden dat we zo vroeg vertrekken, is omdat je moet inschrijven voor de hikersbus. Het is het principe wie het eerst komt, die het eerst maalt. En je moet in persoon langskomen. Bellen om een plek te reserveren, is niet mogelijk.
Gistermiddag toen we aankwamen, hebben we nog geprobeerd om het park te bellen, maar helaas was er niemand meer aanwezig. We besluiten dus alsnog op de bonnefooi te gaan. Gaat het niet door, dan rijden we direct terug. Gaat het wel door, dan wordt het de kroon op deze vakantie.
Dus rijden we iets voor 6 uur richting de Starbucks voor de broodnodige espresso’s. Daarna gaan we meteen op weg. Het is vanuit Tucson iets minder dan 2 uur rijden. Lang, maar je moet er wat voor over hebben.
Bij Willcox slaan we af en rijden door het plaatsje. We zien het hotel waar we al 2 keer eerder hebben overnacht en rijden snel door. De verwachte aankomsttijd in het park is iets over achten. Ruim op tijd voor vertrek van de bus, maar hopelijk ook ruim op tijd om in te schrijven.
Het visitor center is bij aankomst nog gesloten, maar er lopen al wat rangers rond. Een van hen vraagt of we iets willen weten. We vertellen waar we voor komen, maar daarvoor moeten we bij de ranger zijn die in gesprek is. Wel vertelt hij dat het de beste periode is om in het park te hiken. Het is niet zo heet meer en we zitten nog aan het begin van het drukke seizoen. Ook vertelt hij dat er voor vandaag geen regen wordt verwacht, terwijl er gisteren nog volop water naar beneden is gekomen.
Al voordat het visitor center open is, kunnen we inschrijven. Naast ons zijn er nog 2 anderen die opgepikt moeten worden op de campground. Wij worden om 9 uur verwacht op de parkeerplaats van Faraday Ranch. No problem, dat geeft ons voldoende tijd om onze spullen te pakken.

We rijden naar de parkeerplaats en volgen het hiking ritueel: we vullen de waterzakken met meer dan voldoende water, pakken snacks (Cliffs repen en gels), pakken de Keks koeken, nemen een broodje mee, vullen de trailmix nog wat bij en dan zijn we er klaar voor. De hikingboots hebben we al aangetrokken en de wandelstokken zitten vast aan de rugzakken.
Er is nog wat tijd te doden, dus we maken een praatje met een Amerikaan die ons vertelt dat zijn vrouw en hij fulltime campers zijn. Ze zijn een jaar geleden gepensioneerd en hebben een van omgebouwd tot camper. Ze hebben inmiddels al heel wat gezien, maar na dit park gaan ze tijdelijk terug naar Atlanta om hun zoons te bezoeken en wat onderhoud te (laten) plegen aan de camper en auto. En zo vertelt hij, ze zijn altijd ‘thuis’ om Thanksgiving te vieren.
Iets voor 9 uur komt de ranger aanrijden in de hikersbus. Onderweg vertelt ze van alles als er ineens iets groots tegen de voorruit opvliegt! We schrikken ons rot en ze vertelt dat het een golden eagle was. Ze zet meteen de bus stil en gaat kijken, Ze kan hem niet vinden langs de kant van de weg en Monique vertelt dat ze iets groots zag wegvliegen. Nadat ze ons heeft afgezet, zal ze nog terug gaan om nog een keer te zoeken.
Ze wil precies weten welke trail we gaan lopen. Later vertelt ze dat zij de leiding heeft de reddingen in het park.
We pikken het andere stel op, die verrassend weinig bij zich hebben. Een klein tasje maar. De ranger vraagt waar ze afgezet willen worden en zij geven aan bij Echo Canyon. Zij lopen de korte trail van 4 mijl. De ranger vraagt of ze voldoende water en snacks bij zich hebben en zij zeggen van wel. Maar ze denken met een uurtje wel weer beneden te zijn. De ranger haalt ze uit de droom en zegt dat ze rekening moeten houden met zo’n 2 a 3 uur. Ze geloven haar duidelijk niet.
Als we hen hebben afgezet, zeg ik tegen de ranger dat ik me altijd verbaas hoe weinig water en eten mensen meenemen op een hike. Wij slepen ons een ongeluk aan alles wat we mee nemen. Ze zegt dat zij ook altijd schrikt, omdat zij degene is die mensen uit het gebied moet halen als het mis gaat.
Wij worden afgezet bij Masai Point. De ranger is duidelijk opgelucht bij het zien van onze rugzakken. Ze vraagt nog of we voldoende water, snacks en eten bij ons hebben en zegt dan dat ze ons later vandaag in het visitor center ziet. Daar kunnen we een pin ophalen, omdat we meer dan 5 miles hiken vandaag.

Zij rijdt weg en wij gaan op pad. We zijn nog geen 100 meter op pad als ik struikel over een stuk rots. Ik knal voorover, stoot mijn kop tegen een rots, probeer me op te vangen met mijn handen en lig vervolgens plat op mijn snavel. Ik verga van de pijn, maar terwijl Monique roept dat ik moet blijven liggen, wil ik alleen maar overeind komen. Maar ik moet eerst van die rugzak af.
Eindelijk kan ik overeind komen. Als eerste check ik of mijn hoofd nog heel is. Het doet zeer, maar ik zie geen bloed op mijn vingers. Gelukkig ben ik ook niet buiten bewustzijn geraakt en ben ik niet misselijk. Mijn (gelukkig) linkerpols doet wel zeer als de hel en wordt al meteen goed dik, maar dat gaat me niet tegenhouden. Ik kan mijn vingers bewegen en ik kan mijn pols enigszins bewegen. Het voelt niet gebroken.
Met een gigantische bult op mijn hoofd, een zere pols en geschaafde knieën (ik voel me net een kleuter) gaan we verder.
Na dit debacle lopen we rustig verder. De omgeving waar we doorheen lopen, is prachtig. Hier en daar passeren we wat stroompjes en beekjes waar we ook meteen de muggen van ons moeten afslaan. In een van de stroompjes is het water diep genoeg om mijn pols en hand in te koelen. Gelukkig kan ik wel goed door mijn knieen zakken, want op mijn knieen zitten, is er niet meer bij vandaag. Ik zit een tijdje met mijn hand in het water en dat helpt gelukkig iets. Nadat mijn hand zo goed als verdoofd is door het ijskoude water, gaan we weer op pad.
In een redelijk tempo dalen we af, totdat we de borden naar Inspiration Point en Balanced Rock zien. Vanaf hier gaan we stijgen en dat duurt een kilometer of 3. Het schiet goed op en het stijgen geeft ons weinig problemen, tewijl het stuk naar de trail van Inspiration Point als zwaar wordt gezien. Gezien het pad dat we lopen met veel losse keien en rotsen, wordt alles gezien als zwaar.


Voor ons doen redelijk snel komen we bij de trail naar Inspiration Point. Hier nemen we de trail van iets meer dan een kilometer. Als we aan het einde komen, zijn de oohs en aahs niet van de lucht. Wat is het hier mooi! Dit punt staat toch wel in de top 3 van alles wat we in al die jaren hebben gezien.
Op de top staat ook een box met de tekst ‘Open me’. Monique maakt ‘m open en haalt er als eerste een rol toiletpapier uit. Hier moet ik heel hard om lachen. Daarnaast zit er een schrijfblok in, waar Monique meteen een bericht in achter laat.

Na het maken van verschillende foto’s lunchen we en drinken we wat. Als we teruglopen en weer bij de trail komen, zien we 2 mannen in gesprek. De ene vraagt wat ik heb gezien en ik vertel hem dat het wat mij betreft echt de moeite waard was. Hij is duidelijk van beneden naar boven gelopen en besluit om een kijkje te gaan nemen. Tenslotte is hij niet voor niets naar boven gelopen.
Wij gaan verder en maken de laatste klim naar Big Balanced Rock. Ik heb er veel gezien, maar deze lijkt echt op een puntje te staan. Heel bijzonder.
Hierna beginnen we aan de trail naar beneden. Het pad wordt steeds rockier en er liggen meer keien op de grond. We kijken heel goed waar we onze voeten neerzetten om het glijden te voorkomen.


Bij de Sara Demming trail gaan we rap naar beneden. Hier komen we langzamerhand ook weer tussen de bomen te lopen. En dat geeft de broodnodige schaduw. Want ondanks dat het maar 25 graden is vandaag, is het wel heel warm als je voornamelijk in de luwte loopt.
Hier en daar zien we hagedissen op de rotsen zitten en op een gegeven moment zie ik een kleine slang over het pad glibberen. Hij is al weg voordat Monique aan komt lopen.
De Heart of Rocks loop laten we voor wat het is. Ik ben allang blij dat Monique wil doorlopen, want de pijn in mijn pols begint nu wel heel vervelend te worden. Ik weet dat ik mijn arm omhoog moet houden, dus blijf mijn wandelstok maar vast houden.
Langzaamaan komen we meer naar beneden. De Sara Demming trail gaat over in de Lower Rhyolite Trail. De higher Rhyolite trail laten we ook zitten.

Als we eindelijk beneden komen, hebben we zo’n 12 kilometer er op zitten. Mijn horloge heeft bijna 12 kilometer gemeten, het horloge van Monique ruim 13 kilometer. Geen idee hoe dit kan.
Bij de picknick tafels gooi ik mijn rugzak af. Ik maak me enigszins zorgen dat we nog zo’n 4 kilometer naar de auto moeten lopen. Maar eerst rusten en tijd maken voor de broodnodige pitstop.
Na een tijdje lopen we verder naar het visitor center. Als we binnen komen, zien we de ranger die ons naar boven heeft gebracht. Ze komt meteen naar ons toe en zegt ‘You’ve made it!’ en Monique zegt meteen dat het bijna niet was gelukt. Ik verteld dat ik gestruikeld ben en ze komt meteen in actie. Ze vraagt me mijn vingers en pols te bewegen en ze komt tot de conclusie dat mijn pols niet is gebroken. Dat dacht ik ook al, dus dat is mooi.
Ze gaat op zoek naar coolpacks en verbind die om mijn pols om alsnog de zwelling tegen te gaan. Ze zorgt ervoor dat mijn huid beschermd is en niet bevriest. Op een gegeven moment daalt de adrenaline rush en word ik duizelig. Meteen word ik op een stoel gezet, terwijl ze me goed in de gaten houdt. Ze geeft ons nog een 2e coolpack mee en vraagt of ik ibuprofin heb. Dat heb ik… in mijn koffer waar ik niet zo snel bij kan. Maar dat komt wel goed. Ik ben al enigszins ontdaan door alles wat ze voor me doet. Als laatste geeft ze me nog een beetje zalf mee (van zichzelf) om de zwelling en het blauw worden tegen te gaan.
Uiteindelijk vraagt ze wanneer ik ben gestruikeld, terwijl er inmiddels wat meer mensen om me heen staan. Als ze hoort dat het aan het begin gebeurde, kan ze er niet over uit dat ik ben doorgelopen. Ik zeg dat ik hoe dan ook naar beneden moest, dus tja, dan maar het beste er van maken.
Uiteindelijk krijgen we de pin waar ze het in de bus al over had. Die ga ik koesteren, want het heeft letterlijk bloed, zweet en tranen gekost.
Ik bedank haar hartelijk voor haar goede zorgen en alles wat ze voor me heeft gedaan en we nemen afscheid om terug te gaan lopen naar de auto. Terwijl we via de weg teruglopen (we hebben genoeg van de trails) komt de man aanrijden die we tegenkwamen bij de trail naar Inspiration Point. Hij vraagt waar we naar toe moeten en of hij ons kan brengen. Voordat Monique het in de gaten heeft, zit ik zo ongeveer al in zijn truck. Daar is het een nog grotere zooi dan in onze auto na bijna 4 weken reizen.
Terwijl Monique de ruzakken achterin zijn truck gooit, komt de ranger aanrijden. Zij bedacht zich ineens dat we nog terug moeten naar de auto en kwam ons achterna om ons te brengen. Maar dat is niet meer nodig.
De man brengt ons naar de auto. Hij blijkt in Houston te wonen en moet vandaag nog terug rijden. Ik vraag hem wat hij van Inspiration Point vond en dat vond hij wel de moeite waard.
Hij zet ons af bij de auto, we bedanken ook hem hartelijk en dan gaat hij er vandoor.
Wij eten nog wat, drinken nog wat en dan stapt Monique achter het stuur. We gaan in Scottsdale wel de nodige pillen halen.
De rit naar Scottsdale verloopt vlotjes. Op een gegeven moment schiet Monique lichtelijk in de stress omdat er een politieauto achter haar komt rijden, maar die checkt waarschijnlijk alleen haar snelheid. De auto die zij inhaalde zag de politie auto en ging vol in de remmen. Dan lijkt het alsof Monique heel hard rijdt, maar dat deed ze niet. Even later passeert hij haar op zoek naar een ander slachtoffer.
Met nog een uurtje te gaan, maken we een laatste pitstop en daarna neem ik het stuur over. Dat gaat redelijk goed, maar het rijdt niet prettig.
Later dan gepland door al het gedoe, komen we aan in Scottdale. Het is even zoeken naar onze kamer(s), maar dan kunnen we bijna relaxen. Hierna gaan we meteen op pad naar een drogisterij. Dit keer weer met Monique achter het stuur. De Walgreens zit gelukkig praktisch om de hoek. Als we terugkomen, gooi ik meteen de nodige ibuprofin naar binnen, terwijl Monique wat Mexicaans eten besteld.
Ik doe nog een poging om het blog van gisteren te schrijven, want dat heb ik niet gedaan. Maar het is niet te doen met een hand en daarbij zijn we allebei wel klaar met de dag. Tijd om af te sluiten. Morgen is er weer een dag. De komende dagen staan in het teken van de nodige R&R, dus we gaan het wat rustiger aandoen.
Wat een verhaal weer zeg!! Hopelijk heb je er niet te lang last van Sandra!.
Monique weer mooie foto’s! En fijn dat jullie deze tocht nu eindelijk konden maken!!
Het gaat inmiddels een stuk beter. Gelukkig!
Pfff, dat je nog bent doorgelopen! Dappere dodo hoor! Ik hoop dat je inmiddels bent hersteld?
Tja, ik moest hoe dan ook weer naar beneden. 😉 Het is nog niet optimaal, maar wel beter dan tijdens en vlak na de wandeling.